Bezoek meer noaqua partners










nuttige links :


- patent noaqua -

- Vervaet vochtproblemen -
:: Patent ::        
 


Nieuw revolutionair systeem voor
Meerfaseninjectie tegen opstijgend grondvocht


Iedereen onder ons wordt wel eens op de één of andere manier geconfronteerd
met opstijgend vocht in de muren. Iedereen weet ook dat er meerdere methodes
zijn voor dit probleem te verhelpen.
De twee meest gebruikte methodes zijn: het plaatsen van een waterdicht
materiaal (vb. door onderzagen of onderkappen) en het behandelen van
opstijgend grondvocht door middel van injectie van vochtwerende producten
(vb siloxanen, silanen) onder lage druk.
Om diverse redenen, zoals lage prijs, snelheid van uitvoeren, uitzicht
buitengevels en toepasbaarheid, opteert men vandaag meer en meer voor een
injectie van vochtwerende producten.
Deze methode heeft echter af te rekenen met vooroordelen, deels te wijten
aan minder efficiënte producten en onervarenheid van de uitvoerder,
maar vooral grotendeels door de aanwezigheid van holle ruimten bij dikkere muren.
De aanwezige holten, scheuren en spleten (vanaf 1,5 steense muur) zorgen
ervoor dat de injectievloeistof wegloopt via deze holtes. Reeds 20 jaar 
erkent men dit probleem, maar geeft men daar geen gevolg aan om diverse
redenen, zoals:

  • Meerprijs bijkomende behandeling
  • Aflopen van cementsluier of aflopen zwellend polyurethaanhars.
  • Neutralisatie siliconen door hoge PH waarde bij het uitharden van de cement.
  • Schade door opzwellend polyurethaanhars.
  • Lange tussenwachttijd

Nu is er een nieuw revolutionair alternatief voor deze hydraulische
injectiespecie of zwellend polyurethaanhars zonder enig nadeel.

Deze meerfaseninjectie bestaat erin een voorbehandeling uit te voeren met
volgende werkwijze: via geboorde gaten ter hoogte van het vloerniveau wordt
er met een inrichting via twee aparte kanalen twee vloeibare componenten aangebracht.
Deze vloeien via de spuitmond naar de aanwezige holten. Deze componenten reageren
tijdens het vloeien tot een ondoordringbare sperlaag. Eens deze ondoordringbare
sperlaag gevormd is kan men na 15 min. Overgaan tot de 2de injectie met het
vochtwerende product, waarbij men de zekerheid krijgt op een optimale
verzadiging van de injectiezone.
Deze behandeling wordt gecommercialiseerd onder de naam no-aqua2plug en
is patent pending.
Voor meer info www.noaqua.be


Vloeistof verspreid zich niet optimaal
bij gewone injectie, door aanwezige holtes een veel
voorkomend probleem die de oorzaak is van een
slechte uitvoering


foto laat zien hoe de vloeistof geïnjecteerd wordt
en hoe de vloeistof in de muur wegvloeit.


het oppervlak is vochtig door
totale verzadiging door middel van injectie.

:: PATENT DIMITRI VERVAET ::

 
 

ONTWERP
VOOR EEN BELGISCH
OCTROOIAANVRAAG

op naam van

Dimitri Vervaet

voor


"Werkwijze voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht en

inrichting daarbij toegepast".



 
  BELGIAN AND EUROPEAN PATENT ATTORNEYS    -    BENELUX AND EUROPEAN TRADE MARK ATTORNEYS  

 

Werkwijze voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht en inrichting daarbij toegepast.
_____________________________________________________________

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het behandelen van
muren tegen opstijgend vocht.

Het is bekend muren te behandelen tegen opstijgend vocht door, op een bepaald
niveau boven het grondoppervlak of het vloerpasniveau en op regelmatige
horizontale afstanden gaten te boren in de muur, waarna in deze gaten, onder
druk, vloeibare siliconen worden geïnjecteerd die in de muur uitharden tot een
laag die ondoorlaatbaar is voor water.

Wanneer bij het toepassen van deze bekende werkwijze de mortel, waarmee de
stenen van de muur zijn gemetst, niet de volledige voegen tussen de stenen van
de muur opvult, vertoont deze werkwijze het nadeel dat de siliconen doorheen
doorgangen in deze voegen wegsijpelt tijdens het injecteren ervan.

Het is duidelijk dat als gevolg van dit wegsijpelen veel siliconen verloren
gaat, waardoor de kostprijs voor het behandelen van muren relatief groot kan
worden.

In andere gevallen zal door het wegsijpelen van de siliconen een onvolledige
siliconenlaag worden gevormd, waardoor opstijgend vocht mogelijk plaatselijk
niet wordt tegengehouden en de behandeling bijgevolg niet het gewenste
resultaat oplevert.

Teneinde aan het voornoemd nadeel een oplossing te bieden is het bekend de te
behandelen muren aan een voorbehandeling te onderwerpen. De bekende
voorbehandeling bestaat erin, net onder of op het gewenste niveau voor het
injecteren van de voornoemde siliconen, een aantal boringen uit te voeren in
de muur, waarna in deze laatste boringen, onder druk, een mortelspecie wordt
geïnjecteerd.

Een nadeel van de voornoemde voorbehandeling is dat mortel sterk alkalisch is
en bijgevolg een negatieve invloed kan hebben op de siliconen die later, bij
de eigenlijke behandeling van de muur tegen opstijgend vocht, worden
geïnjecteerd.

Nog een nadeel van de voorbehandeling is dat de mortelspecie tijdens het
uitharden een grote hoeveelheid water vrijgeeft, waardoor de muur extra
vochtig wordt.

Nog een ander nadeel van de voorbehandeling is dat, na het uitharden van de
mortelspecie, krimpverschijnselen kunnen optreden in de muur, waardoor
mogelijk kleine scheuren of barsten ontstaan, hetgeen uiteraard ongewenst is.

Volgens een andere bekende werkwijze wordt de te behandelen muur aan een
voorbehandeling onderworpen door, net onder het gewenste niveau voor het
injecteren van de siliconen, een aantal boringen uit te voeren waarin
vervolgens een polyurethaanschuim wordt geïnjecteerd.

Een nadeel van deze bekende voorbehandeling is dat de druk die ontstaat bij
het expanderen van het schuim relatief hoog is, zodat in sommige gevallen de
stenen in de muur kunnen barsten.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en
andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor het behandelen van muren
tegen opstijgend vocht, waarbij één of meer vloeibare en vochtwerende
producten op een bepaald niveau in de muur worden geïnjecteerd en waarbij,
vóór het injecteren van de voornoemde producten, een voorbehandeling wordt
uitgevoerd door op een zeker niveau of onder het niveau waarop de voornoemde
producten worden geïnjecteerd, een voor die vochtwerende producten
ondoordringbare laag wordt gevormd, deze laag wordt verkregen door het in de
muur injecteren van een eerste vloeistof en een tweede vloeistof, waarbij
beide vloeistoffen net vóór, tijdens of na in de muur te zijn geïnjecteerd,
worden gemengd.

Een voordeel van deze werkwijze volgens de uitvinding is dat de voornoemde
vloeistoffen een relatief lage viscositeit vertonen, waardoor de druk die moet
worden toegepast voor het injecteren van beide vloeistoffen relatief laag kan
worden gehouden. Een lage injectiedruk biedt het voordeel dat het barsten of
gaan scheuren van de stenen in de muur kan worden vermeden. Bovendien laat de
relatief lage viscositeit van de vloeistoffen een goede en vooral diepe
penetratie van de vloeistoffen in de muur toe, waardoor zelfs kleine
doorgangen of spleten in de muur kunnen worden opgevuld.

Een ander voordeel van de huidige uitvinding is dat bij het aanbrengen van de
voornoemde vloeistoffen in de muur, geen of alleszins weinig vocht vrijkomt,
waardoor een stijging van het vochtgehalte in de muur kan worden vermeden.

De huidige uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting die kan
worden toegepast bij een werkwijze volgens één of meer van de voorgaande
conclusies, waarbij de inrichting in hoofdzaak bestaat uit minstens twee
gescheiden reservoirs en een uitlaat, waarbij de uitlaat bestaat uit minstens
twee aparte kanalisaties die elk zijn aangesloten op één van de reservoirs en
die aan het vrije uiteinde van de uitlaat uitmonden in een gezamenlijke
spuitmond.

Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding beter aan te tonen,
wordt hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een
voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding beschreven voor het
behandelen van muren tegen opstijgend vocht, met verwijzing naar de bijgaande
figuren, waarin:

figuur 1 een gedeelte van een muur weergeeft die wordt behandeld tegen
opstijgend vocht met een werkwijze volgens de uitvinding;

figuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur 1;
figuur 3 op grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 2 door F3 is
aangeduid;
figuur 4 eenzelfde zicht weergeeft als figuur 3 doch tijdens een andere
werkstap van de werkwijze volgens de uitvinding;
figuur 5 een variante weergeeft van figuur 2.

In de figuren 1 tot 3 is een gedeelte van een muur 1 weergegeven die in dit
geval bestaat uit gemetste bakstenen 2.

Tijdens het metsen van een dergelijke muur 1, is het bekend dat de voegen 3
tussen de bakstenen 2 niet volledig worden opgevuld met mortel 4, waardoor in
de voegen 3, tussen de uitgeharde mortel 4, doorgangen 5 blijven bestaan.

Teneinde deze muur 1 preventief of curatief te behandelen tegen opstijgend
vocht, voorziet de werkwijze volgens de uitvinding in een voorbehandeling die
bestaat in het op een gewenst niveau A en op regelmatige onderlinge afstanden
boren van gaten 6 in de muur 1.

Deze gaten 6 kunnen, zowel in de voegen 3, meer bepaald tussen de bakstenen 2
in, zijn aangebracht, als in de bakstenen 2 zelf, of afwisselend in de
bakstenen 2 en in de voegen 3.

In de voornoemde gaten 6 wordt een uitlaat 7 aangebracht van een inrichting 8
voor het injecteren van twee vloeistoffen 9 en 10.

Zoals weergegeven in figuur 3, worden vervolgens, in één of meer van de
voornoemde gaten 6 een eerste vloeistof 9 en een tweede vloeistof 10
geïnjecteerd, waarbij de voornoemde tweede vloeistof 10 een reactor bevat voor
de eerste vloeistof, en waarbij beide vloeistoffen 9 en 10 slechts worden
gemengd net vóór, tijdens of na hun injectie in de muur 1.

Bij de injectie van de vloeistoffen 9 en 10 in de muur 2, vloeien deze
vloeistoffen 9 en 10, die bij voorkeur een relatief lage viscositeit vertonen,
in de voornoemde doorgangen 5 tussen de uitgeharde mortel 4.

Door het mengen van de vloeistoffen 9 en 10 ontstaat na verloop van tijd een
pasta 11, gel of dergelijke met een hoge viscositeit die, zoals weergegeven in
figuur 4, de verschillende doorgangen 5 en eventuele holle ruimten in de muur
2 plaatselijk afdicht.

Het is duidelijk dat wanneer de voornoemde vloeistoffen 9 en 10 op regelmatige
onderlinge afstanden en op een nagenoeg constant niveau A in de muur 1 worden
geïnjecteerd, alle of praktisch alle doorgangen 5, holle ruimten en dergelijke
die in de muur 1 op het voornoemd niveau A aanwezig zijn, na het reageren van
de vloeistoffen 9 en 10, worden afgedicht.

Na de hierboven beschreven voorbehandeling, kan de eigenlijke behandeling
tegen opstijgend vocht in de muur 1 worden aangevat, waarbij op een niveau B
dat hoger is gelegen dan het voornoemd niveau A, volgens een bekende werkwijze
siliconen in de muur 1 worden geïnjecteerd.

Deze siliconen vormen in de muur 1 een waterondoordringbare laag waardoor
opstijgend vocht wordt tegengehouden.

Een voordeel van de voornoemde voorbehandeling is dat de pasta 11, gel of
dergelijke voorkomt dat de siliconen die in de muur 1 worden geïnjecteerd
gedurende de eigenlijke behandeling tegen opstijgend vocht doorheen doorgangen
5 en eventuele holle ruimten in de muur wegsijpelt.

De voorbehandeling laat met andere woorden toe de siliconen op een gewenste
plaats te houden totdat de siliconen door een reactie met lucht, vocht of het
silicium dat aanwezig is in de te behandelen muur, zijn uitgehard, zodat met
een relatief grote zekerheid kan worden aangenomen dat de werkwijze volgens de
uitvinding voor het behandelen van muren tegen vocht het gewenste resultaat
oplevert.


De voornoemde inrichting 8 voor het injecteren van de vloeistoffen 9 en 10 in
de muur 1, bestaat bij voorkeur uit twee onderling gescheiden reservoirs 12 en
13. Op elk van de voornoemde reservoirs 12 en 13 sluit een aparte kanalisatie
14, 15 aan die in de voornoemde uitlaat 7 van de inrichting 8 is voorzien,
waarbij beide kanalisaties 14 en 15 in de nabijheid van het vrije uiteinde van
de uitlaat 7 uitmonden in een gezamenlijke spuitmond 16.

Een voordeel van het gebruik van de voornoemde inrichting 1 is dat de
vloeistoffen 9 en 10 net voor de injectie in de muur 1 worden gemengd, zodat
het verkregen mengsel in een nog vloeibare vorm in de muur 1 terechtkomt en
vervolgens relatief snel een ondoordringbare laag vormt.

Op deze manier wordt bekomen dat het voornoemd mengsel de verschillende
doorgangen 5 in de muur 1 kan opvullen zonder in overdreven mate doorheen deze
doorgangen 5 weg te sijpelen.

De voornoemde inrichting 8 laat met andere woorden toe de werkwijze volgens de
uitvinding voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht op een
efficiënte en snelle wijze uit te voeren en het verbruik aan vloeistoffen 9 en
10 tot een minimum te beperken.

Het is duidelijk dat in de uitlaat 7 van de voornoemde inrichting 8
desgevallend middelen kunnen worden voorzien voor het actief mengen van de
vloeistoffen 9 en 10, waarbij het gebruik van zulke middelen afhankelijk van
de gebruikte combinatie aan vloeistoffen 9 en 10 een snellere inwerking
toelaat.

 

Verder wordt opgemerkt dat beide voornoemde reservoirs 12 en 13 van de
inrichting 8 bij voorkeur zijn voorzien van middelen die een dosering van de
vloeistoffen 9, 10 toelaten.

In figuur 5, tenslotte, wordt een variante weergegeven van figuur 2, waarbij
de muur 1 in hoofdzaak bestaat uit twee gemetste muurdelen 17, 18 waartussen
ruimte 19 is voorzien die is opgevuld met een mengsel 20 van mortel en
steenafval.
Een dergelijke manier voor het vervaardigen van muren werd vroeger onder
andere toegepast bij het bouwen van kerken en dergelijke.

Teneinde een dergelijke muur 1 te behandelen tegen opstijgend vocht kan de
hierboven beschreven werkwijze volgens de uitvinding worden toegepast, waarbij
de voornoemde gaten 6 bij voorkeur doorheen het eerste muurdeel 17 en het
mengsel 20 van mortel en steenafval tot in het tweede muurdeel 18 worden
geboord.

Door vervolgens op de hierboven beschreven wijze de vloeistoffen 9 en 10 in de
muur 1 te injecteren, kan een laag worden verkregen die ondoordringbaar is
voor siliconen, zodat, in een latere fase, op of net boven die laag een
efficiënte behandeling van de muur tegen opstijgend vocht kan worden
uitgevoerd.

Het is duidelijk dat in de voorgaande beschrijving een specifiek voorbeeld is
beschreven van een werkwijze volgens de uitvinding. Om reden van eenvoud zijn
in de voorgaande beschrijving specifieke termen toegepast die geenszins zijn
bedoeld voor het beperken van de draagwijdte van dit document die wordt
bepaald in de bijhorende conclusies.

Zo wordt in de voorgaande beschrijving steeds specifiek siliconen vermeld als
product voor het creëren van een laag die ondoorlaatbaar is voor water,
terwijl ook andere producten die ondoorlaatbaar zijn voor water kunnen worden
toegepast.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven en in
de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een leiding voor water volgens
de uitvinding kan volgens verscheidene varianten worden verwezenlijkt zonder
buiten het kader van de uitvinding te treden.


Conclusies
__________

1.- Werkwijze voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht, waarbij
één of meer vloeibare en vochtwerende producten op een bepaald niveau  in de
muur (1) worden geïnjecteerd, en waarbij vóór het injecteren van de voornoemde
producten een voorbehandeling wordt uitgevoerd door op een zeker niveau waarop
de voornoemde producten worden geïnjecteerd, een voor die vochtwerende
producten ondoordringbare laag te vormen, daardoor gekenmerkt dat de laag
wordt verkregen door het in de muur (1) injecteren van een eerste vloeistof
(9) en een tweede vloeistof (10) die een reactor bevat voor de voornoemde
eerste vloeistof (9), waarbij beide vloeistoffen (9, 10), net vóór, tijdens of
na in de muur (1) te zijn geïnjecteerd, onderling worden gemengd.

2.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde
vloeistoffen (9, 10) worden geïnjecteerd in gaten (6) die in de muur (1) zijn
aangebracht.

3.- Werkwijze volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde gaten
(6) op regelmatige onderlinge afstanden en op een gewenst niveau (A) in de
muur (1) zijn aangebracht.

4.- Werkwijze volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de gaten (6) op een
onderlinge afstand van de orde van grootte van 10 cm worden voorzien.

13.- Inrichting die kan worden toegepast bij een werkwijze volgens één of meer
van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit minstens
twee gescheiden reservoirs (12-13) en een uitlaat (7), waarbij de uitlaat (7)
bestaat uit minstens twee aparte kanalisaties (14-15) die elk zijn aangesloten
op één van de reservoirs (14-15) en die aan het vrije uiteinde van de uitlaat
(7) uitmonden in een gezamenlijke spuitmond (16).

14.- Inrichting volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat in de voornoemde
spuitmond (16) middelen zijn voorzien die toelaten vloeistoffen (9 en 10)
afkomstig uit de reservoirs (12-13) te mengen.

15.- Inrichting volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de inrichting
(8) is voorzien van middelen die een dosering van de vloeistoffen (9 en 10)
afkomstig uit het reservoir toelaten.


Werkwijze voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht en inrichting
daarbij toegepast.
_____________________________________________________________

Werkwijze voor het behandelen van muren tegen opstijgend vocht, waarbij
vloeibare en vochtwerende producten op een bepaald niveau in de muur (1)
worden geïnjecteerd, en waarbij vóór het injecteren van de voornoemde
producten een voorbehandeling wordt uitgevoerd door een voor die vochtwerende
producten ondoordringbare laag te vormen, daardoor gekenmerkt dat de laag
wordt verkregen door het in de muur (1) injecteren van een eerste vloeistof
(9) en een tweede vloeistof (10) die een reactor bevat voor de voornoemde
eerste vloeistof (9), waarbij beide vloeistoffen (9, 10), net vóór, tijdens of
na in de muur (1) te zijn geïnjecteerd, onderling worden gemengd.

Figuur1 Figuur2 Figuur3 Figuur4 Figuur5
  Figuur 1 :
 
  Figuur 2 :
 
  Figuur 3 :
 
  Figuur 4 :
 
  Figuur 5 :
 
 
Inleiding - Vochtwering - Diensten - Activiteiten - Referenties - Contact